De grenswaarde is de maximaal toegestane concentratie van een (gevaarlijke) stof in de individuele ademhalingszone van een werkende. De stof kan voorkomen als gas, damp, deeltje, aerosol of vezel.
De grenswaarde geldt voor een gedefinieerde referentieperiode (meestal 8 uur en/of 15 minuten). Uitgangspunt bij de vaststelling van de waarde is, dat de gezondheid van de werkenden én hun nageslacht niet wordt geschaad. Ook niet bij herhaalde blootstelling aan die concentratie, gedurende een langere periode tot zelfs een arbeidsleven.
Voor stoffen zonder een veilige drempelwaarde kan geen grenswaarde worden vastgesteld waarbij geen gezondheidsschade optreedt. Dat zijn vaak kankerverwekkende en mutagene stoffen, reprotoxische stoffen en stoffen die luchtwegallergieën kunnen veroorzaken. Mutageen betekent dat de stof het DNA kan aantasten.
Ten aanzien van de opname van gevaarlijke stoffen door de huid zijn geen wettelijke grenswaarden vastgesteld, maar wordt indien van toepassing een zogenaamde H-notatie gegeven. Dit betekent dat de stof relatief makkelijk via de huid kan worden opgenomen in het lichaam.
Waarom zijn grenswaarden belangrijk
De grenswaarden scheppen duidelijkheid voor werkgevers en werkenden over wat toelaatbare blootstelling is. Ook bieden grenswaarden houvast aan de Nederlandse Arbeidsinspectie bij de handhaving. Bij concentraties lager dan de grenswaarden zijn geen nadelige effecten op de gezondheid te verwachten. Dat geldt niet voor de grenswaarden voor stoffen zonder drempelwaarde.
Kankerverwekkende en mutagene stoffen
Voor kankerverwekkende en mutagene stoffen zonder veilige drempelwaarde geldt dat er bij iedere blootstelling een risico is. Ook onder de grenswaarde is er dus een (kleine) kans om bijvoorbeeld kanker te ontwikkelen. Daarom is voor deze stoffen gekozen voor een grenswaarde met een streefrisico van 4 x 10-5 voor 40 jaar beroepsmatige blootstelling en een verbodsrisico dat een factor 100 hoger ligt. Bij het verbodsrisico wordt geaccepteerd dat één op de 250 werkenden die 40 jaar lang aan de concentratie behorend bij het verbodsrisico worden blootgesteld, kanker krijgt als gevolg van die blootstelling. Het verbodsrisiconiveau mag nooit worden overschreden. Zie ook het rapport van de Gezondheidsraad "Leidraad berekening risicogetallen voor carcinogene stoffen".
Reprotoxische stoffen
Reprotoxische stoffen zijn gevaarlijk voor de voortplanting. Dit bekent dat ze risico’s vormen voor de vruchtbaarheid van man en/of vrouw, zwangerschap en/of de borstvoeding. Stoffen waarvan niet duidelijk is of er een veilige waarde bestaat worden beschouwd als stoffen zonder veilige drempelwaarde. Als duidelijk is dat een stof een veilige drempelwaarde heeft, dan wordt dit aangegeven in de Nationale grenswaardenlijst “Nieuwe regels voor werken met voor de voortplanting gevaarlijke stoffen”.
Allergenen
Aan een allergische reactie op een stof gaat sensibilisatie vooraf. Dit betekent dat het immuunsysteem is geactiveerd maar dat er nog geen of nauwelijks klachten optreden. Voor luchtwegallergenen is het in het algemeen niet mogelijk een concentratie vast te stellen waarbij geen sensibilisatie optreedt. Voor de afleiding van een grenswaarde voor luchtwegallergenen wordt uitgegaan van 1% extra risico op sensibilisatie door beroepsmatige blootstelling.
Wettelijk kader
Werkgevers en werkenden zijn zelf verantwoordelijk voor het veilig omgaan met stoffen op de werkplek. De Nederlandse Arbeidsinspectie heeft de zelfinspectie gevaarlijke stoffen ontwikkeld met als doel te helpen om de risico’s voor het werken met gevaarlijke stoffen te inventariseren, te beoordelen en de maatregelen daarop af te stemmen, en de aanpak te borgen in de organisatie. Werkgevers moeten zelf grenswaarden vaststellen, tot een niveau waarbij geen schade aan de gezondheid van werkenden kan ontstaan. Deze private grenswaarden van de bedrijven vormen het uitgangspunt van dit stelsel. Daarnaast vult het ministerie SZW (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) het stelsel aan met publieke, wettelijke grenswaarden.
SZW stelt publieke grenswaarden vast voor stoffen:
- waarvoor de EU (Europese unie) een grenswaarde vereist. Deze verplichting volgt uit de EU-richtlijnen waarin voor deze stoffen indicatieve of maximale grenswaarden zijn gesteld, en
- waarvoor een speciale aanleiding is om publieke grenswaarden vast te stellen. Dit zijn bijvoorbeeld stoffen zonder eigenaar (bijvoorbeeld lasrook, kwarts, dieselmotoremissie...) en stoffen met grote kans op gezondheidsschade.
Een actuele lijst van wettelijke grenswaarden vindt u op de SZW-lijst. Deze lijst is opgedeeld in onderdelen afhankelijk van de gevaarseigenschappen van de gevaarlijke stof:
- A: niet-kankerverwekkende stoffen;
- B1: kankerverwekkende stoffen met drempelwaarde;
- B2: kankerverwekkende stoffen zonder drempelwaarde;
- B3: reprotoxische stoffen;
- C: allergenen.
De publieke grenswaarden vindt u via het zoeksysteem van deze website. Deze notitie(PDF) beschrijft de stappen voor het vaststellen van wettelijke, publieke grenswaarden voor chemische stoffen op de werkplek in Nederland en de relatie tot Europese wettelijke grenswaarden. De notitie is opgesteld op verzoek van het Ministerie van SZW.
Ook ZZP (Zelfstandige Zonder Personeel)-ers hebben verplichtingen in het kader van de Arbowet (Arbeidsomstandighedenwet). Zij zijn verplicht om maatregelen te nemen om hun eigen gezondheid (en die van omstanders) te beschermen. De bepalingen over gevaarlijke stoffen (kwarts, zandstraalverbod, vluchtige organische stoffen, houtstof, asbest en biologische agentia) zijn altijd van toepassing voor ZZP’ers. Voor meer informatie zie Arboportaal.
Overschrijding grenswaarden
Een werkgever is verplicht om in het kader van de RI&E (Risico-inventaristie en evaluatie) de blootstelling aan alle gevaarlijke stoffen te meten, of te schatten met behulp van blootstellingsmodellen voor werkenden. Metingen moeten worden uitgevoerd en getoetst aan de (private of publieke) grenswaarden volgens de norm NEN (Nederlands centrum van Normalisatie)-EN 689:2018+C1:2019 (of een vergelijkbare gestandaardiseerde methode). Deze Europese norm is niet van toepassing op grenswaarden met referentieperiodes van minder dan 15 minuten.
Indien uit metingen en/of schattingen blijkt dat een publieke of private grenswaarde wordt overschreden, dan moeten direct maatregelen worden getroffen volgens de arbeidshygiënische strategie. Dit betekent dat in eerste instantie maatregelen aan de bron moeten worden getroffen (bijvoorbeeld eliminatie of substitutie). Als dat niet mogelijk is wordt gekeken naar technische maatregelen (bijvoorbeeld omkasting van de bron of afzuiging), daarna organisatorische maatregelen (bijvoorbeeld verminderen van de blootstellingstijd), en pas in laatste instantie persoonlijke beschermingsmiddelen (bijvoorbeeld adembescherming of handschoenen). Vervolgens dient een herbeoordeling van de blootstelling te worden uitgevoerd met als doel om na te gaan of inmiddels wel wordt voldaan aan de wettelijke eisen.
Hoe kun je grenswaarden afleiden?
Als een wettelijke grenswaarde is vastgesteld voor een stof, dan moet hieraan worden voldaan. Als er geen wettelijke grenswaarde is, dan moet het bedrijf een private grenswaarde afleiden. Voor de afleiding van private grenswaarden hebben grenswaarden die zijn afgeleid door bijvoorbeeld de Gezondheidsraad, het SCOEL of het RAC de voorkeur hebben boven grenswaarden afgeleid door andere landen, waarbij rekening gehouden moet worden of de grenswaarde alleen is afgeleid op basis van gezondheidskundige argumenten (er mag dus niet vanwege haalbaarheid of economische redenen gekozen zijn voor een hogere waarde). De website van de SER is hierbij te gebruiken. Ook de website van het Institut für Arbeitsschutz (IFA (Institut für Arbeidsschutz)) geeft een helder overzicht van grenswaarden. Een werkgeverkan ook een private grenswaarde vaststellen door bijvoorbeeld gebruik te maken van onder REACH (Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Chemicaliën) afgeleide DNELs (Derived No-Effect Level). Deze informatie is te vinden in het veiligheidsinformatieblad van de stof of het mengsel (rubriek 8.1) of op de ECHA website.
Ook zijn de richtwaarden van de American Conference of Governmental Hygiensts (ACGIH) te gebruiken:
- STEL (Short Term Exposure Limit) - Short Term Exposure Limit
- TLV (Threshold Limit Value) - Threshold Limit Value
U vindt meer informatie over STEL en TLV waarden via de website van ACGIH.
Wanneer geen waarden beschikbaar zijn die door (internationale) instanties of de producent zijn afgeleid, is het mogelijk om een kick-off grenswaarde te gebruiken op basis van de gevaarseigenschappen van de stof. Bij het vaststellen van een grenswaarde kunt u de hulp van deskundigen inschakelen, bijvoorbeeld via de Arbodienst.