Stoffen kunnen gekenmerkt zijn als PMT Persistent, Mobiel én Toxisch (Persistent, Mobiel én Toxisch)/vPvM. PMT staat voor Persistent (niet of nauwelijks afbreekbaar in het milieu), Mobiel (goed oplosbaar in water en daardoor gemakkelijke verspreiding door het milieu) én Toxisch (giftig voor mens en/of ecosysteem). vPvM staat voor zeer Persistent én zeer Mobiel (very Persistent, very Mobile). Het doel van de Europese en Nederlandse overheid is om deze stoffen te weren uit het milieu, of de concentraties in het milieu zo laag mogelijk te houden.

PMT en vPvM stoffen kunnen ophopen in het milieu doordat ze zeer langzaam afbreken. Door hun eigenschappen zijn deze stoffen met de huidige technieken niet of zeer moeilijk uit water te zuiveren. Daarom kunnen ze een groot probleem vormen voor de drinkwaterbereiding. Tenslotte kunnen in het waterlevende organismen door het mobiele en persistente karakter van PMT en vPvM stoffen langdurig aan deze stoffen worden blootgesteld, wat kan leiden tot ongewenste effecten. Het gebruik en de emissie van deze stoffen moet zoveel mogelijk worden beperkt.

Wettelijk kader

Europese wetgeving

Vanaf 20 april 2023 is de gewijzigde CLP verordening (EG)1272/2008 van kracht die de gevaarsindeling, etikettering en verpakking (CLP Classification, Labelling and Packaging (Classification, Labelling and Packaging)) van stoffen in de Europese Unie vastlegt. In deze verordening zijn nieuwe gevaarsindelingen toegevoegd, namelijk PBT/vPvB, hormoonverstorende stoffen en PMT/vPvM. De indeling van stoffen als hormoonverstorende stoffen en PBT Persistent, Bioaccumulerend én Toxisch (Persistent, Bioaccumulerend én Toxisch)/vPvB zeer Persistent en zeer Bioaccumulerend (zeer Persistent en zeer Bioaccumulerend) is ook al opgenomen in andere Europese wetgeving zoals de REACH Verordening (EG) 1907/2006, maar de indeling van stoffen als PMT/vPvM is nieuw.Er geldt een overgangsperiode: voor stoffen die nieuw zijn op de Europese markt moeten bedrijven vanaf 1 mei 2025 voldoen aan de gewijzigde CLP verordening (EG Europese Gemeenschap (Europese Gemeenschap)) 1272/2008. Voor stoffen die al op de Europese markt zijn, geldt dat bedrijven per 1 november 2026 aan de eisen van de gewijzigde CLP verordening moeten voldoen. Tot deze data is het meenemen van de nieuwe gevaarsindelingen op vrijwillige basis. Meer informatie over de gewijzigde CLP verordening is te vinden op de website van het Europees agentschap voor chemische stoffen (ECHA).

Mondiale ontwikkelingen

De Europese Unie zal een nieuwe werkgroep van de Verenigde Naties voorzitten met als doel het ontwikkelen van wereldwijde criteria voor PMT/vPvM stoffen.

Maatregelen

De CLP verordening (EG) 1272/2023 verplicht bedrijven om voor stoffen die aan de PMT/vPvM criteria voldoen (of aan de andere gevaarsindelingen) dit op het etiket te vermelden. Dit zorgt ervoor dat iedereen in de productieketen van een stof, inclusief consumenten, weet dat die stof gevaarlijke eigenschappen heeft. De classificatie van een stof als gevaarlijk onder CLP, is ook reden voor een meer gedetailleerde beoordeling van die stof onder de REACH Verordening (EG) 1907/2006. Ga voor meer informatie over CLP naar de pagina CLP.

Screening Tool

Het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) heeft een screeningsmethode ontwikkeld om stoffen die mogelijk PMT/vPvM eigenschappen hebben, zo vroeg mogelijk te identificeren. Deze screeningsmethode is gebaseerd op een model dat gebruik maakt van zogenaamde structuur-activiteitsrelaties.De methode scoort stoffen tussen 0 (laag PMT potentieel) en 1 (zeer hoog PMT potentieel) op basis van gemodelleerde data. Als uit de PMT-tool een score komt van 0,3 of hoger, is dit een signaal dat deze stof mogelijk PMT eigenschappen heeft.  De PBT en PMT-screeningstool kan worden gebruikt door risicobeoordelaars, drinkwaterleveranciers, de industrie en anderen om stoffen te screenen op een mogelijke zorg voor PBT of PMT. Vergunningverleners kunnen de score gebruiken als eerste indicatie en als basis om met het bedrijf in gesprek te gaan of een vraag te stellen aan het RIVM.

Op dit moment zijn zo’n 6000 stoffen gescreend aan de hand van de screeningsmethode. De resultaten zijn beschikbaar via de PMT screeningstool, waar op basis van een CAS-nummer kan worden gezocht. Details over de toepassing van de methodologie staan in de handleiding PMT Tool (Engelstalige versie). Een korte toelichting is te vinden in de modelomschrijving bij de PBT & PMT screeningstool.

Proclaimer

De resultaten van de PBT & PMT screening tool geven een voorspelling van mogelijke PBT of PMT eigenschappen. Een lage score betekent niet per definitie dat er geen PBT, PMT of andere (eco)toxicologische zorg is. Omgekeerd betekent een hoge score niet per definitie dat een stof als PBT of PMT kan worden aangemerkt. Het is een trigger om verder naar deze stof te kijken. Nieuwe kennis of inzichten kunnen leiden tot wijzigingen en updates van de tool. Aanpassingen naar een nieuwe versie worden op deze website gepubliceerd.

Webinar

Het RIVM heeft op 25 oktober 2023 een webinar georganiseerd met uitleg en instructies over de PMT screeningstool. De opname van de webinar is hieronder terug te vinden. Ook de presentatie staat online. Heeft u nog een vraag over de PMT screeningstool? Check dan de antwoorden op de vragen die gesteld zijn tijdens en voor de webinar. Mocht u vraag er niet tussen staan, neem dan contact met ons op via het contactformulier.

Video webinar PMT screening tool

RIVM-webinar PMT-screeningstool, 25 oktober 2023, duur: 44 minuten. In deze webinar van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) wordt uitleg en instructies gegeven over de PMT-screeningstool. Met deze screeningstool kunnen zorgstoffen zo vroeg mogelijk worden herkend. Onderzoekers van het RIVM vertellen waarom de tool is ontwikkeld en hoe de tool werkt en toegepast kan worden. Ook leggen betrokken medewerkers van Rijkswaterstaat uit wat deze tool in de praktijk kan betekenen.

Sprekers:
Theo Traas, afdelingshoofd Duurzaamheid, Drinkwater en Bodem bij het RIVM, geeft een introductie en beantwoordt in de afronding voorafgestelde vragen.
Erik Verhofstad, senior beleidsmedewerker bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, vertelt over de werkgroep Aanpak Opkomende Stoffen.
Emiel Rorije, beoordelaar Chemische Risico's bij het RIVM, geeft een inhoudelijke toelichting over de PMT-tool.
Colet Eggermont, adviseur Chemische Waterkwaliteit bij Rijkswaterstaat, vertelt over het gebruik van de PMT-tool in de praktijk.